Ga naar de inhoud

Facelift voor de Rover 75 (in 2006)


De Rover 75 bleek één van de moeilijkste auto’s te zijn om te faceliften. Dat weerhield MGR-ontwerper Lee Mitchell er niet van om een ​​nieuwe neus uit te proberen die gepland stond om gelanceerd te worden in 2006-2007.

Eigenlijk was de laatste facelift van de Rover 25/MG ZR, 45/ZS en 75/ZT in 2004 een farce. Als je het je niet meer herinnert, denk dan eens terug: MGR-fans keken reikhalzend uit naar de komst van de nieuwe auto’s en het bedrijf had moeite om ze op de markt te brengen. Er werd een datum vastgesteld, het werd publiek bekend gemaakt en iedereen zat in spanning… En toen, drie dagen voor de officiële aankondiging, onthulde Rovers eigen advertentie in de London Evening Standard en Daily Mirror de ‘nieuwe’ auto’s. Niet handig, en het bleek niet meer te zijn dan een faceliftje. Andere voor- en achterbumpers, koplampen, en bijde 25/45 (ZR/ZS) een miniem aangepaste kofferdeksel. Of eigenlijk werd de kentekenplaat verplaatst van klep naar bumper. Was het nodig? Ja, maar marketingtechnisch niet op de beste manier uitgevoerd.

Een verfrissende strategie
Het idee om de verouderende auto’s op te frissen was op zich een goed idee – en over het geheel genomen was de manier waarop ze er uiteindelijk uitzagen een stap in de goede richting. Voor de Rover 75 was de facelift noodzakelijk, omdat het nog steeds de sterauto van Longbridge was. Ondanks dat, toen het pensioendebacle van de Phoenix Four openbaar werd, de verkoopcijfers op een laag pitje stonden, was het nog steeds een krachtig model in de Britse automarkt. De front-end-styling van 2004 was echter controversieel. Het merendeel van de modellen kreeg een vrij ingetogen restyling, waarbij de erfenis van de Rover werd gebagatelliseerd door de grille kleiner te maken en het plasticgehalte te verhogen. Het zag er misschien slanker uit, maar weinig fans gaven er de voorkeur aan. De imposantere uitvoering van de 75 V8 – hoewel aanvankelijk moeilijker te verteren – werd echter als succesvoller en passender bij het merk beschouwd.

De tussenstrategie
Maar deze facelift was altijd bedoeld als tussenstap voor de grondigere re-engineering van de 75, die in 2006 had moeten plaatsvinden. De belangrijkste doelstelling van het model uit 2006 was de vervanging van BMW’s M47 turbodiesel. Er zouden nog veel meer wijzigingen plaatsvinden, maar de uiterlijke vormgeving zou veel grondiger worden aangepakt, zoals deze afbeeldingen duidelijk laten zien.

Platform veranderingen
Volgens een aantal bronnen zou de nieuwe 75 verlenging van 103 mm in de wielbasis krijgen om de ruimte achterin te vergroten en de toch al indrukwekkende chassisinstellingen te verbeteren. Er werden nieuwe deurpersen ontwikkeld om aan deze behoefte te voldoen, hoewel dit volgens Lee Mitchell nooit in zijn ontwerpopdracht stond. Wat we ook over deze auto weten, is dat er een herzien interieur werd ontwikkeld en dat er een voorbeeld van het dashboard was gebruikt in het Rover 75 Coupé-voorstel uit 2004. Dit ontwerp is de basis geworden van wat uiteindelijk de Roewe 750 werd. Dit voorstel, dat ook werd goedgekeurd voor productie maar dus naar Roewe vertrok, was binnen het MG Rover bekend als de ‘tussentijdse zware 75-facelift voor 2006’.

Andere lijnen, a la Jaguar?
Hoewel het er op deze afbeeldingen niet zo uitziet, verklaarde Mitchell dat de nieuwe auto vanaf de A-stijl naar voren nieuw ontworpen is. Hij zei: ‘Het leek griezelig veel op de Jaguar XF, en dit gaat terug tot zes jaar geleden voordat die auto zelfs maar een schets was!’ Zeker, er is een gelijkenis rond de koplampen en in de vorm van de grille die moeilijk te negeren is, en volgens Lee werd deze op ware grootte weergegeven in klei, en het leek een echte stap voorwaarts. Een radicaler idee van Lee voor deze facelift (hieronder) werd helaas over het hoofd gezien, maar elementen van deze meer gespierde stijl zouden in de eerste weergaven voor de geplande vervanging van deze auto in 2010 te zien zijn…

Bron: Aronline, vertaald en gepubliceerd met toestemming van Keith Adams